Ik doe aan alles of niets. Als ik ergens aan begin dan bijt ik me vast. Zo doe ik dat thuis, op mijn werk, overal eigenlijk. Alles moet perfect. Of helemaal niet. Hollen of stilstaan. Een fijne eigenschap, soms. En soms ook niet. Want, als het dan een keer anders gaat dan je had bedacht, dan komt dat extra hard aan.
Toen ik dit blog begon, vond de marketing- en communicatieadviseur in mij dat ik toch minimaal één keer in de twee weken moest schrijven. En dat ik een Instagram-account met motiverende en inspirerende content moest hebben. Dat dat als een feed op mijn site moest staan. Dat ik met een affiliateprogramma wilde experimenteren. En zo nog wel meer wilde ideeën.
Gelukkig realiseerde ik me al snel: dit is geen werk. Dit is iets wat ik niet ‘moet’, maar wat ik ‘mag’. Als ik zin heb. Als ik inspiratie heb. Als ik ruimte heb.
1-0
En, dat is gelukt. Ik schreef veel minder dan ik bedacht had. Ik heb een Instagramaccount zonder content en lekker geen feed. Ik heb me aangemeld voor het partnerprogramma van Bol.com, een paar links geplaatst, en daar klikt geen hond op. En toch ben ik tevreden. Ik begin het te leren. 1-0 voor Daniëlle!
The only way is up
Toen ik aan mijn huidige therapietraject begon, dacht ik: eindelijk! We gaan aan de slag. We gaan alle problemen aanpakken. We duiken er met onze neus in. We gaan niet meer wegkijken. En ik dacht: the only way is up. Want zo ben ik. Ik doe niks half. Ik duik erin, ik bijt me vast, ik houd vol en falen is geen optie.
Dat ging ook zo. Een tijdje.
Wonen op zolder
Eerst even over die therapie: die voelt goed. Ja, intensief, maar vooral ook ontzettend leerzaam. Met name de psychosomatische component opent deuren waarvan ik niet wist dat ze bestonden. Ik woonde altijd in mijn hoofd, maar leer nu werken met mijn lichaam. Dat is zoiets als: altijd op zolder wonen en er dan achter komen dat je ook nog een heel huis met een kelder hebt.
Dat huis en die kelder zijn voor mij onontgonnen gebied. (Hoef je geen angststoornis voor te hebben overigens.) Ik leer nu letterlijk mijn lijf te voelen en te gebruiken. Signalen te interpreteren. Angst te voelen. Angst te accepteren. Somberheid te voelen. En te accepteren. Allemaal niet met mijn hoofd maar met mijn lijf. Niet bedenken hoe iets voelt, maar voelen hoe iets voelt. Interessante materie.
2-0
In al mijn optimisme hoopte ik dat mijn angststoornis zijn laatste uur geslagen had. Dat ‘ie nooit meer zo heftig terug zou komen als het afgelopen jaar. Want, ik zat op de juiste weg. Dat voelde ik ergens. Ik grapte zelfs tegen mijn psycholoog dat mijn antidepressiva wel een tandje omlaag kon. Ze waarschuwde me. Omdat ze me kent.
3-0
Ik was ook weer begonnen met werken. Tenminste, ik ben drie keer op mijn werk geweest en ik zou in negen weken tijd gaan opbouwen naar 2 x 3 uur werken. Ik had er zin in. En het voelde goed.
3-4
En toen kwam er een kink in de kabel. Een terugval. En die mocht er niet zijn. Die zat niet in de planning. En ook al riepen alle therapeuten: ‘Een terugval hoor erbij!’ Dan dacht ik stiekem: niet bij mij! Dus, hopla, holderdebolder, ik kukelde de afgelopen weken regelrecht mijn zwarte gat weer in. Keihard en onsubtiel. Zo. Bam. Daar zat ik dan. Alles wat ik geleerd had, werkte niet meer. Mijn hoofd nam het over en mijn lijf kreeg geen kans. Ik stond erbij en keek ernaar.
Hulde aan de psychiater
Omdat ook mijn psychologen zagen dat ik hard viel, stuurden ze me nog een keer door naar de psychiater. Om te kijken of er nog iets met mijn medicatie moest. En ik moet eerlijk zeggen: op dit soort momenten ben ik dol op psychiaters. Want, psychologen stellen vragen en psychiaters geven gewoon antwoorden. En, ik had even behoefte aan antwoorden. Na een half uurtje praten met de beste man, bleek ik gewoon weer een heel gemiddelde mevrouw, met een heel gemiddelde stoornis. Heerlijk.
En, wat zo iemand dan zegt is niet heel hoogdravend en ingewikkeld. Eigenlijk zijn het veel open deuren. Maar toch is het geruststellend om antwoorden (die je zelf vaak ook kan bedenken) te krijgen van iemand die ervoor heeft doorgeleerd.
4-4
Inmiddels krabbel ik weer op. Nee, ik ben niet terug bij af. 4-4 is niet hetzelfde als 0-0. Ik heb gescoord. Maar, de angststoornis ook. Jammergenoeg.
En natuurlijk weet ik wel dat herstel met vallen en opstaan gaat. Dat terugval erbij hoort. Dat je niet te snel moet willen. Dat het nog wel vaker gaat gebeuren. Dat het niet erg is. Dat ik al zoveel goede stappen heb gezet. Dat ik niet terug bij af ben. Enzovoort. Maar dat heb ik allemaal met mijn hoofd bedacht. Mijn gevoel is daar nog niet. En dat is nu nét het probleem.
Het is oké
Daar zit echt de crux. Bij dat gevoel. Mijn hoofd kan wel bedenken dat het oké is, zolang mijn lijf blijft vechten, is het dat niet. Zolang ik verstandelijk met mijn angststoornis om blijf gaan, accepteer ik ‘m niet écht. Ik mag gaan leren voelen dat het oké is.
En, dat voelen is een leerproces. Waar ik nog lang niet klaar mee ben. Waar je misschien wel nooit klaar mee bent. Maar, dat ik dat hier kan schrijven, maakt dat ik een stap gezet heb. Ik ben niet meer onbewust onbekwaam, maar, bewust onbekwaam. Het is een begin.
Dus, ik had een terugval. Ik krabbel weer op. Ik leefde vooralsnog niet lang en gelukkig. Maar nu is het goed. En dat is oké.
Prachtig Daan! You go girl!
❤